Introductie

Planop is een methode voor het onderzoeken en documenteren van de risico’s van accidentele vrijzettingen van stoffen en energie uit chemische procesinstallaties en voor het specificeren van de nodige maatregelen om deze risico’s te beheersen.

Planop staat voor Protection Layer Analysis – Optimizing Prevention. De naam verwijst naar het feit dat de methode zowel ondersteuning biedt bij het identificeren van de nood aan beveiligingslagen (protection layers) als bij het onderzoek naar de geschiktheid van de gespecificeerde beveiligingslagen om de risico’s effectief te beheersen.

Planop werd ontwikkeld binnen de Afdeling van het toezicht op de chemische risico’s en is gebaseerd op de inzichten inzake het uitvoeren van procesveiligheidsstudies, zoals beschreven in de publicatie Procesveiligheidsstudie van de Belgische Seveso-inspectiediensten, te vinden in de rubriek Publicaties van de module Preventie van zware ongevallen op de website van de FOD WASO.

Deze nota is gebaseerd op de gangbare praktijken met betrekking tot de beveiliging van procesinstallaties. Het centrale uitgangspunt in de publicatie Procesveiligheidsstudie, en dus ook in Planop, is de vaststelling dat in de praktijk de maatregelen die genomen worden in procesinstallaties niet het resultaat zijn van één enkele allesomvattende studie, maar het voorwerp uitmaken van aparte studies rond bepaalde, min of meer afgelijnde problematieken. HAZOP-studies worden typisch uitgevoerd om de risico’s van afwijkingen van de normale procesvoering op te sporen. De beheersing van de degradatie van de installatie-onderdelen (door corrosie, erosie, vermoeiing, enz.) vertrekt van een initiële inschatting van de mogelijke degraderende fenomenen en is nadien een kwestie van een blijvende opvolging (door middel van inspecties, preventief onderhoud of continue monitoring). Maatregelen ter bescherming tegen brand (zoals fireproofing of externe waterkoeling) ijn meestal het resultaat van een aparte studie naar de brandrisico’s of de toepassing van bepaalde codes. Ook de risico’s waar gebouwen aan blootgesteld zijn door mogelijke explosies, maken typisch het voorwerp uit van een apart onderzoek. Hetzelfde kan gezegd worden voor nog andere types van maatregelen, zoals afstandsgestuurde noodafsluiters, gasdetectiesystemen, persoonlijke beschermingsmiddelen voor het operationeel personeel, maatregelen om ontstekingsbronnen te vermijden en maatregelen om de verspreiding van vrijgezette stoffen tegen te gaan.

Planop brengt deze diversiteit aan maatregelen in kaart en definieert 8 deelstudies die ieder betrekking hebben op een bepaalde van groep van maatregelen. Op basis van deze 8 studies kan men de gepaste maatregelen specificeren om ongewenste vrijzettingen te voorkomen of om de gevolgen ervan te beperken.

Planop heeft niet de pretentie om bestaande methodes voor het identificeren van procesrisico’s en het specificeren van maatregelen te vervangen, maar wil er wel een belangrijk element aan toevoegen, met name het brengen van overzicht en structuur in alle informatie over procesrisico’s en de beheersmaatregelen. Die informatie kan zelfs voor een kleine en eenvoudige procesinstallatie al gauw erg omvangrijk worden. Het beheer van die informatie is immers een voorwaarde voor een succesvol beheer van de procesrisico’s zelf.

Planop werd daarom geïmplementeerd als een informaticatoepassing die toelaat om informatie over risico’s en maatregelen op een overzichtelijke en gestructureerde wijze bijeen te brengen en actueel te houden. De Planop-applicatie is een intranettoepassing die bovendien toelaat om deze informatie toegankelijk te maken binnen een bedrijf voor alle mogelijke gebruikers: veiligheidsdeskundigen, productiepersoneel, onderhoudspersoneel, ontwerpingenieurs, enz. De Planop-applicatie kan gratis worden gedownload via de planop-website. Op deze site vindt men ook alle technische informatie voor het installeren van de software.

Planop is echter niet enkel een hulpmiddel om informatie over procesveiligheid op te slaan en te verspreiden, het biedt ook ondersteuning bij het opsporen van de procesrisico’s en het vastleggen van de nodige maatregelen. Daartoe worden een hele reeks checklists aangeboden.

Het gebruik van Planop sluit het gebruik van andere, beproefde technieken, zoals HAZOP voor het onderzoeken van processtoringen, niet uit. Integendeel, voor wat betreft het onderzoeken van processtoringen zijn Planop en HAZOP complementair. Zo kan Planop gebruikt worden in een relatief vroeg stadium van het ontwerp om via de ingebouwde checklists een relatief snelle screening uit te voeren van de voornaamste risico’s en er maatregelen voor te specificeren. Een HAZOP-studie kan dan uitgevoerd worden in een later stadium, wanneer de P&ID’s werden opgesteld, om een grondiger onderzoek te doen naar de nog verborgen risico’s. De Planop-studie kan dan nadien aangevuld worden met de bijkomende risico’s en maatregelen die bij deze HAZOP-studie vastgesteld werden, zodanig dat men een volledig overzicht bewaart van de mogelijke processtoringen (die kunnen leiden tot ongewenste vrijzettingen) en de bijhorende maatregelen.